Bovenstaande quote komt van een boseigenaar die meedeed aan de enquête waarmee De Bosgroepen peilden naar wat leeft bij de Vlaamse boseigenaars. Op 9 oktober vieren we Dag van de Boseigenaar, dan zetten we naar goede gewoonte de mensen in the picture die met veel passie hun bos beheren en delen we de resultaten van deze bevraging.
Meer dan 1000 mensen vulden de enquête in, waaruit enkele opvallende zaken naar voor komen. De grootste motivatie om zelf een bos te hebben is zorgen voor een betere biodiversiteit en het milieu. Op de tweede plaats komt ontspanning, en op de derde plaats toekomstige generaties hiervan de voordelen kunnen bieden. Dit hangt nauw samen met de redenen waarom eigenaars naar hun bos trekken. Ze zoeken er vooral de rust op, genieten er van de fauna en flora, maar – toch verrassend – ook het werken in het bos staat in de top 3.
65% van de Vlaamse boseigenaars is 60-plus, zij beheren het bos vooral in functie van toekomstige generaties. De groep boseigenaars tussen 20 en 40 jaar is met 6% aanzienlijk kleiner maar is verbazend genoeg wel goed voor 15% van de bossen die groter zijn dan 5 hectare, terwijl in Vlaanderen de doorsnee boseigenaar een bos heeft dat kleiner is dan 1 hectare. 32% van de respondenten werd boseigenaar via een erfenis, maar het merendeel, namelijk 57%, kocht zelf het bos aan. Degene die zelf een bos aankochten, vallen voornamelijk in de categorie 20 tot 40 en 40 tot 60 jaar.
Liefde voor het bos
De cijfers tonen dat er heel wat verschillende soorten boseigenaars in Vlaanderen wonen, maar wat ze allen gemeen hebben, is de liefde voor het bos en de ontspanning die ze er vinden. Dat blijkt uit de vele anekdotes die de respondenten deelden. Vol trots wordt de evolutie van het bos opgevolgd, men geniet van de explosie van voorjaarsbloeiers en er wordt heel wat wildlife gespot: reetjes, uilen, buizerds, kikkers, salamanders, marters en zelfs een wasbeer. Heel wat boseigenaars geven namen aan bomen of boswegjes, of planten bomen ter herinnering aan een speciaal moment. Sommigen hebben zelfs sprookjesbomen waar kabouters of heksen in wonen.
Wat heel vaak terugkomt is dat het bos een plek is voor ontmoeting: picknicken met vrienden, kampen bouwen met kinderen en kleinkinderen, een babbeltje slaan met toevallige passanten. Heel wat mensen stellen hun bos open voor imkers of schoolkinderen uit de buurt die er de avontuurlijkste speeltijden beleven. Ook kijkt men met veel nostalgie naar de eigen jeugdjaren die men doorbracht in de natuur. De combi ravotten en spelenderwijs de natuur leren kennen blijkt tijdloos te zijn. Er is nog hoop voor de tabletgeneratie.